-
1 vrouwelijk
1 [van het geslacht van de vrouwen] female 〈 ook plantkunde〉 ⇒ 〈 met betrekking tot beroep ook〉 woman3 [taalkunde, ook met betrekking tot rijm] feminine♦voorbeelden:1 een vrouwelijke arts • a woman/female doctorde vrouwelijke hoofdrol • the leading lady/woman/female role/partiets vrouwelijks over zich hebben • have something feminine about one2 vrouwelijke charme • feminine/womanly charmde vrouwelijke intuïtie • feminine/woman's intuitiontypisch vrouwelijk • that's typical of a womanhet vrouwelijke in haar • the woman in her, her feminine side -
2 vrouwelijk
1 〈m.b.t. mensen〉 féminin (< afkorting> f.) 〈 ook figuurlijk〉; 〈m.b.t. dieren, planten〉 femelle♦voorbeelden:het vrouwelijk(e) geslacht • le sexe féminineen vrouwelijk handschrift • une écriture féminineeen vrouwelijke kat • une chattehet vrouwelijk lichaam • le corps de la femmevrouwelijke manieren hebben • avoir un comportement fémininiets vrouwelijks • qc. de féminin -
3 bemiddelaar
bemiddelaar, bemiddelaarster,1 [tussenpersoon] intermediary 〈 mannelijk, vrouwelijk〉 ⇒ 〈 met betrekking tot geschil〉 mediator 〈 mannelijk, vrouwelijk〉, 〈 vrouwelijk ook〉 mediatrix, 〈 internationaal ook〉 honest broker, 〈 ambtelijk ook〉 arbitrator, 〈 ambtelijk ook〉 conciliator, 〈 ambtelijk ook〉 arbitration officer 〈 mannelijk, vrouwelijk〉, 〈 informeel〉 go-between2 [met betrekking tot een arbeidsbureau] employment officer♦voorbeelden:1 als bemiddelaar optreden • mediate, arbitrate, act as (a) mediator -
4 verleider
verleider, verleidster♦voorbeelden: -
5 fabrieksarbeider
fabrieksarbeider, fabrieksarbeidsterVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > fabrieksarbeider
-
6 minnaar
minnaar, minnares -
7 verkenner
1 [iemand die op verkenning uitgaat] scout2 [vliegtuig] air scout3 [padvinder] (Boy) Scout; 〈USA; vrouwelijk〉 Girl Scout ⇒ 〈 Groot-Brittannië vrouwelijk ook〉 Girl Guide -
8 regieassistent
regieassistent, regieassistente -
9 parkeerwacht
-
10 Deen
Deen, Deense -
11 Rus
Rus, Russin -
12 carrièrejager
carrièrejager, carrièrejaagster -
13 chaperon
chaperon, chaperonne -
14 dichter
dichter, dichteres -
15 krankzinnige
-
16 pauw
♦voorbeelden: -
17 uitbater
uitbater, uitbaatster -
18 weiblich
weiblich -
19 directeur
directeur, directrice1 〈 zaak〉 manager 〈 ook vrouwelijk〉, manageress 〈 vrouwelijk〉 〈NV〉 (managing) director; 〈 school〉 (lady) principal; headmaster 〈 mannelijk〉, headmistress 〈 vrouwelijk〉 〈 ziekenhuis〉 superintendent, matron 〈 vrouwelijk〉; 〈 gevangenis〉 governor♦voorbeelden:algemeen directeur • general manager -
20 congresswoman
n. vrouwelijk lid v.h. Amerikaanse congrescongresswoman
Страницы